Oefening GGGG schema

In de praktijk, richtlijnen en in beleidsstukken gaat het meestal alleen over de laatste 2 G’s, gedrag en gevolg. Je krijgt vooral opdrachten over wat je moet doen en welk effect een hulpverleningstraject moet hebben.

Soms lijkt het wel of je als professional je je eigen gedachten en gevoel niet meer hoeft (mag?) gebruiken. Maar gedachten en gevoelens kun je niet uitschakelen toch?

“Onze gedachten en gevoelens hebben altijd invloed op ons gedrag. Het is daarom belangrijk om hier bewust gebruik van te maken”

Aan de slag

Stap 1: Print de onderstaande afbeelding of schrijf de stappen op een leeg vel.

Denk aan een situatie waarin je vastloopt, een situatie die je boos of verdrietig maakt. Ga voor deze situatie eens opschrijven wat je eigen gedachte is en welk gevoel deze gedachte je geeft. Schrijf daarna op wat je dan (meestal) doet en hoe anderen daarop reageren. Bekijk dit nog eens goed… klopt het zo? Dan nog het laatste pijltje, wat doet de reactie van anderen met jouw eigen gedachten? Word je bevestigt in dat het een moeilijke, vervelende situatie is? Dan heb je waarschijnlijk een negatieve spiraal gevonden; een vicieuze cirkel waar je lastig uit komt.

Stap 2: Print het onderstaande plaatje en start nu eens met een positieve gedachte voor dezelfde situatie.